Interview
Fotocredit: Cinecitta

Ernst Jansz: ‘Muziek is een universele taal’

Muziek is altijd de rode draad geweest in het leven van Ernst Jansz, die dit jaar 75 wordt. Deze week reist hij in de laatste af levering van 'Portretten met Krabbé' langs veelbetekenende plekken uit zijn leven.

Eigenlijk doet hij dit soort programma’s niet. Hij houdt niet zo van tv, is liever op zichzelf. “Nu dacht ik: laat ik de schilderijen van Krabbé eens bekijken. Ik vond ze ontzettend mooi. Daarom besloot ik: ik ga dit doen!” Portretten met Krabbé draait deze week om Ernst Jansz.

Universeel

De muzikant en bandleider, beroemd geworden met Doe Maar, neemt kunstenaar Jasper Krabbé mee naar plekken die veel betekenis hebben voor hem. Zo gaan ze naar zijn ouderlijk huis in Amsterdam, waar Jansz opgroeide met zowel Chopin als Indische muziek. “Muziek was mijn uitlaatklep, mijn manier om met mijn emoties om te gaan. Als klein jongetje was ik er al veel mee bezig, omdat mijn ouders muziek maakten. En ik genoot erg van zingen. Muziek is iets dat alle mensen bij elkaar brengt. Met hele simpele middelen kun je mensen uit verschillende landen, met een verschillende afkomst en verschillende culturele achtergronden emotioneel bereiken. Het is een taal die universeel is. Muziek kan emoties losmaken waar je anders misschien helemaal niet bij kunt komen.

Het hele interview leest u in Mikro Gids 15. Bent u geen abonnee, maar wilt u niets meer uit de gids missen? Abonnee worden kan hier.

Tekst: Lydia van der Weide